Ga naar de inhoud

Blogs

5 tips voor succesvolle fondsenwerving

We zouden het wel willen: een druk op de knop en het geld stroomt binnen. Ik wilde dat ik die truc ergens in de afgelopen 25 jaar had geleerd. Maar helaas, het werven van fondsen kost nog altijd (veel) energie. Een collega van mij zei eens: ‘Fondsenwerving is 1 procent inspiratie en 99 procent transpiratie.’

Hieronder 5 tips die je kunnen helpen bij het werven van fondsen. Het zijn dingen waar je niet altijd aan denkt, die je onderschat of die net dat extra zetje kunnen geven.

1. Neem de tijd

Fondsenwerven, dat doe je niet even tussendoor. De werkelijkheid is dat een compleet traject, van plan tot verantwoording, al snel meer dan 100 uur tijdsinvestering vraagt. Maar die tijd verdien je terug. Je kans op succes neemt zienderogen toe als de kwaliteit van je plannen goed is. Sterker nog: als de kwaliteit slecht is, vermindert dit je kans op succes substantieel. Een slechte naam bij een fonds heb je zo. En zie daar maar eens vanaf te komen.

Dus: neem en gun jezelf de tijd. Dat voorkomt een hoop frustratie en verhoogt de kans op succes.

2. Begin op tijd!

Wie heeft het niet meegemaakt? Je manager, zonder enige kennis over en ervaring met fondsenwerving, zegt iets in de trant van: ‘Over drie maanden opent de nieuwe locatie. We komen nog € 150.000,- tekort voor de inrichting. Maar jij weet vast wel een paar fondsen die dat willen betalen.’

Laat je niet opjagen. Doe intern geen beloftes die je niet kunt waarmaken. Als je niet een aantal persoonlijke relaties bij fondsen hebt met wie je snel kunt schakelen, duurt een fondsenwerftraject al snel zes tot negen maanden. Niet omdat jij zo traag werkt, maar omdat procedures bij fondsen nu eenmaal tijd kosten. Niet elk fonds heeft een professionele staf. Er zijn genoeg fondsen waar het (vrijwillige) bestuur twee tot vier keer per jaar bij elkaar komt en dan een besluit neemt over de aanvragen. En vergis je niet: dit zijn niet altijd kleine fondsen.

Dus: plan je fondsenwerftraject ruim op tijd in en vraag de verantwoordelijken voor het project om op tijd bij je aan te kloppen.

‘Fondsenwerving is 1 procent inspiratie en 99 procent transpiratie.’

3. Denk aan lokale fondsen

Fondsen zijn niet allemaal even goed te vinden. De grootste en meest bekende fondsen staan in het fondsenboek. Maar daar staan ze lang niet allemaal in. Mijn advies: denk aan lokale/regionale fondsen. Een eenvoudige manier om deze op het spoor te komen, is om de plaatselijke en regionale kranten erop na te slaan. Geloof me, het kost je maar vijf minuten per week en in de loop van de tijd verzamel je een schat aan informatie. Het zijn soms kleine berichtjes waarin staat dat het plaatselijke inloophuis € 5.000,- gekregen heeft van het fonds De Gulle Gever. Even struinen op het internet levert ook weleens een en ander op.

Dus: voelhorens uit. Het kan veel opleveren.

4. Vertel een verhaal

Inmiddels kan ik ze wel dromen. De inhoudsopgave van projectvoorstellen. Die zien er ongeveer zo uit:

  • De organisatie
  • De doelgroep
  • Het doel
  • Het project
  • De planning
  • De begroting

Als het aantal pagina’s naar het oordeel van de opsteller wat aan de hoge kant is, wordt de schrijver ineens klantgericht en neemt hij of zij voor de lezer nog een pagina’s aan het begin op. Dat heet dan ‘managementsamenvatting’.

Je merkt aan mijn toon dat hier een grote frustratie zit. Een fondsenwerver is vooral een verhalenverteller. Zijn of haar belangrijkste taak is: inspireren en enthousiasmeren. Natuurlijk, een fondsaanvraag moet alle noodzakelijke informatie bevatten en die informatie moet kloppen tot op ieder cijfertje achter de komma. Maar er zijn zoveel verschillende manieren om informatie te presenteren. Bij fondsen zitten maatschappelijk betrokken mensen. Als zij in een week tien aanvragen moeten doornemen, zorg dan dat je opvalt zowel in tekst als beeld. Neem vanaf het allereerste begin je lezer mee in het verhaal. Wat dat betreft, geldt de aloude regel nog steeds: Attention, Interest, Desire, Action! Aan het einde van de week moet de lezer zich jouw aanvraag nog herinneren.

Dus: vertel!

5. Doe meer dan verwacht

Op de middelbare school was ik soms een minimalist. Voor vakken die mij niet echt interesseerden vond ik een 5,6 meer dan genoeg. Als fondsenwerver leg ik de lat een stuk hoger. Een zeven is onvoldoende. Ik heb het fonds dan niet meer gegeven dan waar zij om vroegen. Ik  behoor dan tot de grijze middenmoot. Met een acht doe ik het al een stuk beter. Blijkbaar heb ik kwaliteit geleverd, was mijn communicatie goed en was het fonds tevreden met mijn rapportage. Maar een negen, daar krijg ik pretlichtjes van in mijn ogen. Kan ik iets doen dat het fonds verrast? Iets dat ze niet van mij vragen, maar waaruit bijvoorbeeld mijn waardering voor hun bijdrage spreekt? Mogelijkheden genoeg als je daar even over nadenkt. Nee, ik ga hier geen voorbeelden noemen, verzin zelf maar wat. En bedenk: met een negen bereid je het succes van je volgende aanvraag alvast voor.

Dus: doe moeite. Het is leuk en het loont.

Auteur
Annemieke van der Horst
Adviseur en teammanager

Annemieke van der Horst is sterk in strategische communicatie in relatie tot fondsenwerving. Ze zet zich in voor zorgorganisaties, verenigingen en organisaties met een missie. Samen met klanten werkt ze aan communicatie die bijdraagt aan de realisering van de organisatiedoelen. En aan betere resultaten uit fondsenwerving natuurlijk.

Op de hoogte blijven?

1x per maand versturen wij een nieuwsbrief. Met zorg.

Geen zorgen. Wij versturen geen spam. Je ontvangt max. 1 mail per maand

Tijd voor de volgende versnelling?

Neem contact op